Normen onder de loep: Norm 2

Tijdens het kwalificatieproces geven we in een aantal zelfevaluatie-specials toelichting op de normen. Dit keer: Norm 2 – Generalistisch, kortdurend behandelen. Van eigen regie en eHealth tot tijdig afronden – waar moet jij als keurmerkdrager toelichting op geven?

Norm 2 gaat over generalistisch, kortdurend behandelen: de GGZ-aanbieder biedt de cliënt een generalistische, kortdurende behandeling die gericht is op de hulpvraag, waarbij de eigen kracht van de cliënt wordt versterkt. De criteria hebben betrekking op verschillende elementen; deze worden hieronder besproken.

Behandelen met een transdiagnostische en generalistische blik

Generalistisch kortdurend behandelen is een eigenstandige behandelmethodiek. Een keurmerkdrager behandelt de cliënt met een transdiagnostische en generalistische blik. Juist in de Basis GGZ gaat het om het vermogen van mensen om met de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen in het leven om te gaan. Het is daarom wenselijk om verbinding te leggen met de omgeving van de cliënt, daar waar die een rol heeft in bijvoorbeeld steun, zingeving of de lichamelijke conditie. De behandelaar kijkt samen met de cliënt naar zijn uitdagingen, wat hij belangrijk vindt en wil bereiken. Passend bij de hulpvraag wordt er gekeken naar hoe de cliënt zo snel mogelijk zelf verder kan. De behandelaar heeft en geeft vertrouwen in de kracht van de cliënt.

In de zelfevaluatie vragen we je toe te lichten hoe jij ervoor zorgt dat de behandelaren binnen de praktijk / organisatie beschikken over de specifieke vaardigheden om generalistisch, kortdurend te behandelen. Daarnaast beschrijf je waaruit blijkt dat de cliënt wordt behandeld met een transdiagnostische en generalistische blik.

Keurmerkwijzer

Precies weten welke vragen er in de zelfevaluatie worden gesteld? Je vindt ze in de Keurmerkwijzer. 

Tijdig afronden en tussentijds evalueren

Bij een keurmerkdrager geldt in principe dat behandeling worden gestart met het uitgangspunt binnen 800 minuten af te ronden. De verwachte behandelduur is helder voor behandelaar en cliënt en het is duidelijk hoe en waarom dit eventueel bijgesteld kan worden. Gedurende de behandeling zorgt de behandelaar dat de cliënt de regie heeft én neemt. Er wordt regelmatig geëvalueerd hoe het traject verloopt. Hierbij wordt gekeken of de afgesproken duur, methode en behandelvorm nog passend zijn.

In de zelfevaluatie vragen we onder andere om toelichting te geven over hoe je de cliënt medeverantwoordelijk maakt voor het halen van de verwachte behandelduur. Ook vragen we naar wat de criteria zijn om (vooraf) vast te stellen dat een behandeling meer dan 800 minuten nodig heeft.

Eigen regie en eHealth

Een keurmerkdrager zorgt ervoor dat de cliënt tijdens én na de behandeling zelfstandig verder kan werken aan de eigen mentale gezondheid. Bovendien onderschrijven zij de toegevoegde waarde van apps en eHealth-modules om de zelfredzaamheid te ondersteunen en zetten deze op passende wijze in. In de behandelingen staat het vertrouwen in de eigen kracht centraal – voor de cliënt en de behandelaar. Daarbij wordt de voortgang goed in de gaten gehouden. Kan de cliënt zelf verder? Dan durft de behandelaar tijdig af te sluiten.

In de zelfevaluatie wordt gevraagd hoe apps en eHealth-modules worden ingezet ter ondersteuning van de behandeling en terugvalpreventie. Je moet ook kunnen uitleggen hoe wordt bepaald wanneer een cliënt op eigen kracht verder kan.